Je bent niet hier
maar ergens.
Ik ben daar niet.
Al is het er,
dat ergens,
ik vind het niet.
Ik vind het niet
dan ergens,
waar jij nu bent.
Waar ik niet ben,
ik die alleen maar
ergens voor jou ben.
woensdag 3 april 2013
zaterdag 16 maart 2013
vrijdag 15 maart 2013
Af en toe....
Af en toe wil ik er weleens bijhoren en niet genegeerd worden, of vergeten, of over het hoofd gezien. Gewoon zoals iedereen. Af en toe...
zondag 10 februari 2013
Wat je niet ziet
Het voelt moeilijk de laatste tijd: school wil niet mee, zoon voelt de zwaarte op hem wegen en ik zit er tussenin. Hoe hem hier doorheen helpen, wat doen, hoe aan pakken, hoe benaderen? Het is zo moeilijk om te verwoorden wat je niet ziet, om weer te geven wat er niet lijkt te zijn... erbij horen en toch weer niet.
Als ik dit gedicht lees of hoor, dan denk ik altijd aan zoon.
Nieuwstad 14
Ik was bezoek dat langer bleef en anders sprak,
maar ik misstond niet in de kamer. Een beetje
als een schemerlamp die op den duur de sleutel kreeg.
ik deed niet ongezellig, en in mijn buurt was het
aan tafel minder leeg. Maar nog liet niemand na
mij af en toe te wijzen op mijn tong, mijn grond.
Dan noemden ze mij onverwacht weer anderman
en zonden mij naar huis, terwijl ik juist begon
te wennen aan de lucht en onderhand ook dacht
dat ik een hart veroverd had. Maar niets was
minder waar dan dat. Op tijd en stond werd
naar mijn stoel gekeken, gepolst of ik al wortel
schoot. Ik hield mijn mond en vond het krassen
van de meeuwen geen goed teken. Hoe kwam
het dat ik binnen zat en tegelijk nog buiten stond.
(Bart Moeyaert)
Als ik dit gedicht lees of hoor, dan denk ik altijd aan zoon.
Nieuwstad 14
Ik was bezoek dat langer bleef en anders sprak,
maar ik misstond niet in de kamer. Een beetje
als een schemerlamp die op den duur de sleutel kreeg.
ik deed niet ongezellig, en in mijn buurt was het
aan tafel minder leeg. Maar nog liet niemand na
mij af en toe te wijzen op mijn tong, mijn grond.
Dan noemden ze mij onverwacht weer anderman
en zonden mij naar huis, terwijl ik juist begon
te wennen aan de lucht en onderhand ook dacht
dat ik een hart veroverd had. Maar niets was
minder waar dan dat. Op tijd en stond werd
naar mijn stoel gekeken, gepolst of ik al wortel
schoot. Ik hield mijn mond en vond het krassen
van de meeuwen geen goed teken. Hoe kwam
het dat ik binnen zat en tegelijk nog buiten stond.
(Bart Moeyaert)
woensdag 14 januari 2009
Voorkomen is beter - Toon Tellegen
God schudt zijn ernstig betwijfelde hoofd -
als voorkomen beter was dan genezen,
dan was hij nergens aan begonnen,
dan was het nu nog nul uur nul
op de nulde dag
en bleef het dat -
hij bijt op zijn niet langer voorstelbare nagels
en gluurt naar beneden -
straks gaat hij genezen,
in zijn aandoenlijke wijsheid weet hij alleen
waarvan.
Toon Tellegen
als voorkomen beter was dan genezen,
dan was hij nergens aan begonnen,
dan was het nu nog nul uur nul
op de nulde dag
en bleef het dat -
hij bijt op zijn niet langer voorstelbare nagels
en gluurt naar beneden -
straks gaat hij genezen,
in zijn aandoenlijke wijsheid weet hij alleen
waarvan.
Toon Tellegen
Verlanglijstje - Herman de Coninck
Geef me Nescio en Tsjechov, oude boeken.
Geef me na mijn zoveelste kale reis
iemand die mij twee haren uittrekt
en glimlachend zegt: je wordt grijs.
Geef mij alles en zeg: het is niets.
Geef me niets en zeg: dat is alles.
Geef me mijzelf, geef me jou.
Ik heb gezocht naar wist ik maar wat.
Geef me nu eindelijk
wat ik altijd al had.
Geef me na mijn zoveelste kale reis
iemand die mij twee haren uittrekt
en glimlachend zegt: je wordt grijs.
Geef mij alles en zeg: het is niets.
Geef me niets en zeg: dat is alles.
Geef me mijzelf, geef me jou.
Ik heb gezocht naar wist ik maar wat.
Geef me nu eindelijk
wat ik altijd al had.
Herman de Coninck
Abonneren op:
Posts (Atom)